Blauwe wandeling door West-Amerika
De blauwe wandeling brengt ons naar de Far West. We dalen af van noord naar zuid langs de kust van Stille Oceaan, vanaf Alaska, over Brits-Columbië, Washington en Oregon tot in Californië en keren weer naar het noorden langs de Rocky Mountains. De bossen van West-Amerika bestaan voornamelijk uit naaldhoutsoorten en vooral in het kustgebied kunnen de bomen zeer hoog reiken : het zijn heuse regenwouden. Naast verschillende soorten sparren, dennen en zilversparren domineren hier typische soorten als douglas, hemlock en levensboom.
Uit Californië zijn vooral de mammoetbomen (Sequioa’s) bekend, zowel de kustmammoetboom, met 115 m de hoogste boom ter wereld, als de bergmammoetboom uit de Sierra Nevada, met meer dan 10 m dikte de meest volumineuze ter wereld. De zeer opvallende groep Slangedennen of Apenverdrietbomen (Araucaria’s) vormen een uitzonderingsgroep : zij komen niet in Noord- maar in Zuid-Amerika voor, in het Andesgebergte in midden-Chili.
De boomsoorten van de Rocky Mountains vertonen veel overeenkomst met die van de Pacifische kustgebergten maar vertonen een iets verschillende vorm en kleur : Murrayana draaiden tegenover Breednaaldige draaiden, Blauwe douglas in plaats van Groene douglas, meer Coloradozilverspar dan Reuzenzilverspar.